Overijsselaars staan lijnrecht tegenover elkaar als het gaat om de aanwezigheid van de wolf in Nederland. En niet alleen in Overijssel, in heel het land zijn de meningen flink verdeeld. Dat blijkt uit een enquête van LocalFocus en Kieskompas. Een derde van de Overijsselaars vindt dat de wolf niet in ons land hoort, iets meer dan een derde vindt juist wel dat het roofdier hier hoort.
Na zo’n 200 jaar afwezigheid is de wolf sinds 2015 weer in Nederland aanwezig. Eerst een enkele zwerver, maar sinds 2018 heeft de wolf zich ook gevestigd. Op de Veluwe zijn inmiddels een aantal territoria en ook in Zuidwest-Drenthe is sprake van vestiging. Tegelijkertijd hebben zwervende wolven de afgelopen jaren regelmatig landbouwhuisdieren, voornamelijk schapen, aangevallen en gedood. Vooral in Drenthe, Overijssel en Noord-Brabant gebeurde dat en het is dan ook niet geheel toevallig dat die provincies – en in Gelderland – het percentage mensen dat niet blij is met de wolf groot is.
In de buurprovincies
In Overijssel vindt dus een derde van de inwoners dat de wolf hier niet hoort en zo’n 38 procent vindt van wel. In Drenthe is de verhouding redelijk hetzelfde (37 procent tegenstander, 35 procent voorstander). In Gelderland en Noord-Brabant ligt het percentage mensen dat de wolf niet vindt thuishoren in Nederland redelijk gelijk – 31 procent en 32,5 procent- maar is het percentage mensen dat de wolf wel graag ziet verschijnen is stukken hoger: zo’n 47 procent van de Gelderlanders en 45 procent van de Brabanders vindt dat de wolf hier thuishoort. “Het is begrijpelijk dat mensen moeite hebben met samenleven met de wolf na 200 jaar”, zegt Glenn Lelieveld van de Zoogdiervereniging. Dat vooral in de provincies waar de wolf (regelmatig) aanwezig is en schapen aanvalt een groter aantal mensen niet blij zijn met het roofdier, verbaast hem niet. Tegelijkertijd wijst hij op de situatie op de Veluwe. “Vijftien wolven zorgen daar nauwelijks voor problemen.”
Ruimhartige subsidiemaatregelen
In een feitenstudie naar de wolf in Nederland, gepubliceerd in oktober, wordt geschreven dat om goed samen te leven met de wolf het van belang is schapen goed te beschermen. Lelieveld onderstreept dat en vult aan: “Het is belangrijk dat schade aan vee goed wordt opgelost met ruimhartige subsidiemaatregelen én dat dierhouders de preventieve maatregelen toepassen. Helaas staan de meeste schapen nog steeds onbeschermd, waardoor het niet raar is dat een wolf een schaap pakt.”
Toename
De verwachting is dat de komende jaren het aantal wolven in Nederland zal blijven toenemen, door voortplanting in ons land en door jonge wolven die vanuit onder meer Duitsland naar Nederland komen op zoek naar een leefgebied. Om het samenleven met de wolf te helpen is de provincie bezig met het vormen van een speciaal preventieteam, dat onder meer dierhouders moet helpen bij het beschermen van hun dieren voor rondtrekkende wolven.