De voorzitter van Veiligheidsregio IJsselland,
gelet op artikel 176 van de Gemeentewet en artikel 39 van deWet veiligheidsregio’s,
gelet op de aanwijzingen van de minister voor Medische Zorg en Sport, mede namens de minister
van Justitie en Veiligheid, van 13 maart 2020, nr. 1662578-203166-PG, van 15 maart, nr.
1663097-203238-PG en van 17 maart, nr. 1663666-203280-PG, de aanwijzing van de minister
van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 20 maart 2020, nr. 1665126-203432-PG, de aanwijzing
van de minister van Volksgezondheid,Welzijn en Sport, mede namens de minister van
Justitie en Veiligheid, van 23 maart 2020, nr. 1665182-203445-PG, en de aanwijzing van de
minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, mede namens de minister van Justitie en Veiligheid,
van 24 maart 2020, nr. 1666478-203555-PG;
besluit de volgende regeling vast te stellen:
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
Artikel 1.1.Werkingssfeer
Deze verordening is van toepassing op het grondgebied van de gemeenten die behoren tot
Veiligheidsregio IJsselland, te weten Dalfsen, Deventer, Hardenberg, Kampen, Olst-Wijhe,
Ommen, Raalte, Staphorst, Steenwijkerland, Zwartewaterland en Zwolle.
Artikel 1.2. Begrippen
In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
– contactberoepen: beroepen waarbij het niet mogelijk is ten minste 1,5 meter afstand te
houden tot de klant of patiënt;
– eet- en drinkgelegenheden: inrichtingen waar ter plaatse eten of drinken wordt verkocht
en genuttigd, met uitzondering van inrichtingen in bedrijven die niet voor het publiek toegankelijk
zijn (bedrijfskantines en bedrijfscatering) en inrichtingen in hotels ten behoeve
van de hotelgasten;
– evenement: elke voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak, met uitzondering van
markten als bedoeld in artikel 160, eerste lid, onderdeel g, van de Gemeentewet en betogingen,
samenkomsten en vergaderingen als bedoeld in de Wet openbare manifestaties;
hieronder vallen mede, maar niet uitsluitend, herdenkingsplechtigheden, braderieën, optochten
niet zijnde manifestaties in de zin van deWet openbare manifestaties, feesten,
muziekvoorstellingen, wedstrijden, straatfeesten, barbecues en vechtsportwedstrijden;
– gezamenlijke huishouding: de niet van tafel en bed gescheiden echtgenoot, geregistreerde
partner of andere levensgezel en ouders, grootouders en kinderen, voor zover zij op één
adres woonachtig zijn;
– kinderopvang: kinderopvang als bedoeld in deWet kinderopvang;
– onderwijsinstelling: school, instelling of exameninstelling in de zin van een onderwijswet
als bedoeld in artikel 1, onderdeel d, onder 1, van deWet op het onderwijstoezicht, daaronder
begrepen een niet bekostigde instelling;
– publieke ruimte: openbare ruimte en voor het publiek openstaande gebouwen en daarbij
behorende erven;
2
– samenkomsten: openbare samenkomsten en vermakelijkheden als bedoeld in artikel 174
van de Gemeentewet, samenkomsten in voor het publiek openstaande gebouwen en
daarbij behorende erven, alsmede in vaartuigen, en samenkomsten buiten de publieke
ruimte;
– sauna’s: sauna’s en andere vormen van wellness zoals Turkse stoombaden, hammams,
beauty farms, thermale baden, badhuizen en spa’s;
– seksinrichtingen: inrichtingen waar bedrijfsmatig gelegenheid wordt gegeven tot het verrichten
van seksuele handelingen met of voor een derde tegen betaling of bedrijfsmatig
vertoningen van erotisch-pornografische aard worden aangeboden;
– sport- en fitnessgelegenheden: sportaccommodaties en sportinrichtingen, waaronder
zwembaden, sporthallen en sportvelden;
– stervensfase: de periode waarin de behandelend arts verwacht dat de betrokken in de
instelling of woonvorm in de ouderenzorg verblijvende persoon op betrekkelijk korte termijn,
dat wil zeggen binnen één tot twee weken, zal overlijden;
– voorzitter: voorzitter van Veiligheidsregio IJsselland;
– woonvorm in de ouderenzorg: een woonsituatie waarin minimaal drie bewoners verblijven
vanwege een somatische of psychogeriatrische aandoening of beperking en zorg ontvangen
als bedoeld in artikel 3.1.1 van deWet langdurige zorg;
– zorg: zorg of dienst waarvan de bewoners van een instelling of woonvorm in de ouderenzorg
gebruik maken die met het oog op de gezondheid van de bewoners redelijkerwijs niet
kan worden uitgesteld;
– zorginstelling: instelling die zorg als bedoeld in artikel 3.1.1, eerste lid, onderdeel a, van de
Wet langdurige zorg verleent aan personen die daarop recht hebben vanwege een somatische
of psychogeriatrische aandoening of beperking.
Hoofdstuk 2. Maatregelen
Artikel 2.1. Verboden samenkomsten en evenementen
Het is verboden om samenkomsten te laten plaatsvinden, te (laten) organiseren of te laten
ontstaan, dan wel aan dergelijke samenkomsten deel te nemen.
Het eerste lid is niet van toepassing op de volgende samenkomsten, mits de aanwezigen te
allen tijde ten minste 1,5 meter afstand houden tot de dichtstbijzijnde persoon:
wettelijk verplichte samenkomsten, zoals vergaderingen van gemeenteraden, mits
daarbij niet meer dan honderd personen aanwezig zijn, alsook vergaderingen van de
Staten-Generaal;
samenkomsten die nodig zijn voor de continuering van de dagelijkse werkzaamheden
van instellingen, bedrijven en andere organisaties, mits daarbij niet meer dan honderd
personen aanwezig zijn;
uitvaarten en huwelijksvoltrekkingen, mits daarbij niet meer dan dertig personen aanwezig
zijn;
samenkomsten waarbij het recht zijn godsdienst of levensovertuiging vrij te belijden als
bedoeld in artikel 6 van de Grondwet wordt uitgeoefend, mits daarbij niet meer dan
dertig personen aanwezig zijn.
Evenementen zijn tot 1 juni 2020 verboden.
3
Artikel 2.2. Niet in acht nemen veilige afstand
Het is verboden zich in een groep van drie of meer personen op te houden zonder tot de
dichtstbijzijnde persoon in die groep en andere personen een afstand te houden van ten
minste 1,5 meter.
Dit verbod is niet van toepassing op:
personen die een gezamenlijke huishouding vormen;
kinderen tot en met 12 jaar die samenspelen onder toezicht van een of meer van hun
ouders of voogden die daarbij onderling een afstand van 1,5 meter in acht nemen.
Artikel 2.3. Verboden openstelling inrichtingen
Het is verboden om een van de volgende inrichtingen geopend te houden:
eet- en drinkgelegenheden, tenzij uitsluitend sprake is van de verkoop, aflevering of verstrekking
van eten of drinken voor gebruik anders dan ter plaatse (afhaalfunctie);
sport- en fitnessgelegenheden;
sauna’s;
seksinrichtingen;
coffeeshops, tenzij uitsluitend sprake is van de verkoop, aflevering of verstrekking van
softdrugs voor gebruik anders dan ter plaatse (afhaalfunctie);
inrichtingen waar speelautomaten als bedoeld in deWet op de kansspelen kunnen worden
bespeeld;
inrichtingen waar op de uiterlijke verzorging gerichte contactberoepen worden uitgeoefend.
Indien sprake is van verkoop, aflevering of verstrekking voor gebruik anders dan ter plaatse
als bedoeld in onderdeel a of e dient de duur van het verblijf zoveel mogelijk beperkt te
worden.
Artikel 2.4. Verbod uitoefenen contactberoepen
Het is verboden om contactberoepen uit te oefenen.
Dit verbod geldt niet voor zorgverleners die hun beroep uitoefenen, mits voor deze uitoefening
een individuele medische indicatie bestaat en daarbij door de zorgverlener alle in
verband met COVID-19 benodigde hygiënevereisten in acht worden genomen.
Artikel 2.5. Verboden gebieden en locaties
Het is verboden zich te bevinden in door de voorzitter aangewezen gebieden en locaties.
Het is verboden zich te bevinden in gemeenschappelijke toilet-, was en douchevoorzieningen,
zowel op of bij recreatieparken, vakantieparken, kampeerterreinen en kleinschalige
kampeervelden, als bij parken, natuurgebieden, (recreatie)stranden en (jacht)havens;
Dit verbod geldt niet voor:
bewoners van woningen die zijn gelegen in het aangewezen gebied of de locatie;
personen die in het aangewezen gebied of de locatie noodzakelijke werkzaamheden verrichten.
Ook bewoners van woningen die zijn gelegen op zowel recreatieparken, vakantieparken,
kampeerterreinen en kleinschalige kampeervelden, als bij parken, natuurgebieden, (recreatie)
stranden en (jacht)havens mogen geen gebruik maken van de voorzieningen als bedoeld
in het tweede lid.
4
Artikel 2.6. Beëindiging voorziening openbaar vervoer
De voorzitter kan in overleg met de vervoerder voorzieningen voor openbaar vervoer beëindigen
of beperken, indien deze voorzieningen niet of niet in voldoende mate voldoen aan de eis
van verwezenlijking van de beperkende maatregelen met betrekking tot het houden van 1,5
meter afstand tussen alle in de voorziening aanwezige personen, of aan het op adequate wijze
zichtbaar duidelijk maken daarvan, mits de beëindiging van deze voorziening het transport van
personen die werkzaam zijn in vitale processen of transport dat anderszins noodzakelijk is voor
de mobiliteit van Nederland niet onnodig belemmert.
Artikel 2.7. Verboden openstelling onderwijsinstellingen
Het is verboden om onderwijsactiviteiten te verrichten in onderwijsinstellingen, tenzij sprake
is van:
de organisatie van onderwijs op afstand, waarbij studenten en leerlingen via een (digitaal)
medium onderwijs krijgen in de thuissituatie;
de (nood)opvang van kinderen van ouders die werken in cruciale beroepen of voor vitale
processen, zoals beschreven op
https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/coronavirus-covid-19/veelgestelde-vragenover-
coronavirus-en-kinderopvang/cruciale-beroepen;
de organisatie van toetsing en examens, mits zorgvuldige maatregelen zijn getroffen om
het risico van besmetting te beperken; of
kleinschalig georganiseerde begeleiding van leerlingen voor wie vanwege bijzondere
problematiek of moeilijke thuissituatie maatwerk nodig is.
Onderwijsinstellingen zijn verplicht om mee te werken aan openstelling ten behoeve van
(nood)opvang als bedoeld in het eerste lid, onderdeel b.
Artikel 2.8. Verboden openstelling kinderopvang
Het is verboden om opvang te bieden in verblijven voor kinderopvang, tenzij sprake is van
de (nood)opvang van kinderen van ouders die werken in cruciale beroepen of voor vitale
processen, zoals beschreven op https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/coronaviruscovid-
19/veelgestelde-vragen-over-coronavirus-en-kinderopvang/cruciale-beroepen.
Organisaties voor kinderopvang zijn verplicht om mee te werken aan openstelling ten behoeve
van (nood)opvang als bedoeld in het eerste lid.
Artikel 2.9. Verboden toegang zorginstellingen en woonvormen ouderenzorg
Het is verboden om personen die niet noodzakelijk zijn voor de zorg toe te laten tot een
door de zorginstelling beheerde zorgaccommodatie of een woonvorm in de ouderenzorg,
tenzij sprake is van:
bezoek aan een naaste in de stervensfase of vergelijkbare omstandigheden;
structurele vrijwilligers;
het gerechtelijk horen van een cliënt op grond van deWet zorg en dwang psychogeriatrische
en verstandelijk gehandicapte personen.
Het is verboden om zonder toestemming van de zorginstelling aanwezig te zijn in een door
die zorginstelling beheerde zorgaccommodatie of woonvorm in de ouderenzorg.
5
Hoofdstuk 3. Uitzonderingen
Artikel 3.1. Uitzonderingen
De verboden in deze verordening zijn niet van toepassing op:
de betrokken hulpdiensten en toezichthouders;
activiteiten die noodzakelijk zijn voor de voortgang van vitale processen zoals beschreven
op https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/coronavirus-covid-19/veelgesteldevragen-
over-coronavirus-en-kinderopvang/cruciale-beroepen;
door de voorzitter te bepalen (categorieën van) gevallen.
De voorzitter kan voorschriften en beperkingen verbinden aan een vrijstelling of ontheffing
op basis van het eerste lid, onderdeel c. Het is verboden om in strijd met dergelijke voorschriften
en beperkingen te handelen.
Hoofdstuk 4. Toezicht en handhaving
Artikel 4.1. Opvolgen aanwijzingen
Alle aanwijzingen en bevelen ter uitvoering van deze verordening gegeven door politiefunctionarissen,
gemeentelijke opsporingsambtenaren of ambtenaren als bedoeld in artikel 4.2, dienen
stipt en onmiddellijk nagekomen te worden.
Artikel 4.2. Toezicht
Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast:
ambtenaren van politie als bedoeld in artikel 141, onderdeel b, van hetWetboek van Strafvordering;
de door de voorzitter aangewezen buitengewoon opsporingsambtenaren als bedoeld in
artikel 142, eerste lid, onderdeel a, van het Wetboek van Strafvordering;
door de voorzitter aangewezen toezichthouders;
militairen van de Koninklijke marechaussee als bedoeld in artikel 141, onderdeel c, van het
Wetboek van Strafvordering.
Hoofdstuk 5. Slotbepalingen
Artikel 5.1. Bekendmaking en inwerkingtreding
Deze verordening wordt bekendgemaakt op de website van Veiligheidsregio IJsselland en treedt
onmiddellijk na de bekendmaking in werking.
Artikel 5.2. Intrekking vorige noodverordening
De Noodverordening COVID-19 Veiligheidsregio IJsselland van 17 maart 2020 wordt ingetrokken.
Artikel 5.3. Overgangsrecht
Besluiten op basis van de Noodverordening COVID-19 Veiligheidsregio IJsselland van 17 maart
2020 worden geacht te berusten op deze noodverordening.
Het bericht Noodverordening van de voorzitter van Veiligheidsregio IJsselland houdende voorschriften ter voorkoming van verdere verspreiding van het coronavirus/COVID-19 (Noodverordening COVID-19 Veiligheidsregio IJsselland 27 maart 2020) verscheen eerst op Salland TV.